Get licenses for advanced features from our Software Store.
Online Help Menu
- Voeg IoT-toepassing toe
- Importeer IoT-toepassing
- Exporteer IoT-toepassing
- IoT-toepassing
- Stop IoT-toepassing
- Verwijder IoT-toepassing
Overzicht
QIoT Suite Lite is een volledig en praktisch persoonlijk IoT-cloudplatform voor het maken en beheren van IoT-toepassingen op QNAP NAS.
De belangrijkste onderdelen van QIoT Suite Lite zijn device gateways, rule engines en dashboards. Startpakketten (waaronder Arduino, Raspberry Pi en Intel Edison) kunnen gebruikt worden met meerdere sensoren en pushen telemetriegegevens via de device gateway naar QIoT Suite. Device Gateways ondersteunen meerdere communicatieprotocollen, waaronder MQTT, HTTP en COAP. Een krachtige rule engine verwerkt de gegevens en voert de nodige acties uit. Met het dashboard kunt u IoT-systemen monitoren en beheren vanuit een enkele interface.
Home
Deze pagina toont alle informatie van QIoT Suite Lite
Home introductie
Het blok links geeft koppelingen naar elke pagina.
Bovenin ziet u koppelingen naar IoT-toepassingen, Dingen, Dingtypen en hun totale aantal. De driehoek naast het te klikken symbool van de IoT-toepassing toont het aantal uitvoeringen en de gestopte processen.
Het blok onderin geeft een uitgebreide status van de QNAP NAS, waaronder het gebruik van CPU en geheugen. Het geeft ook gedetailleerde informatie over het actuele netwerkverkeer voor alle NAS-netwerkinterfaces.
Wizard voor snelle installatie
Met de Wizard voor snelle installatie kunt u snel services voor de IoT-toepassing maken en sample code, apparaatconfiguraties, MQTTS-verbindingsprofiel en SSL-certificaatsleutel naar uw apparaat pushen.
Stap 1: Klik op "Wizard voor snelle installatie" in de rechterbovenhoek.
Stap 2: Maak een nieuwe IoT-toepassing
Deze stap maakt een IoT-toepassing met dingen, regel en dashboard. Een IoT-toepassing wordt gemaakt met een enkele regel, een enkel dashboard en meerdere dingen.
Hieronder kunt u naam en beschrijving van de IoT-toepassing invoeren en de regel via het dashboard.
Stap 3: Voeg ding toe
In deze stap wordt een ding gemaakt of uw apparaatbron.
Klik op "Toevoegen" en kies een ding of maak een nieuw ding.
- Dingnaam: Voer een naam in.
- Beschrijving: Voer een beschrijving in.
-
Dingtype: Selecteer de categorie van het ding uit de volgende opties. Hieronder wordt elke categorie beschreven:
- Met QIoT-ondersteuning: Dit is een board/apparaat dat volledig ondersteund en getest is op compatibiliteit met QIoT Suite Lite. Dingen met ondersteuning voor QIoT hebben vooraf gedefinieerde kenmerken en pushen de voor het ding geschikte sample code naar het apparaat. (Arduino Yun:"Python", Raspberry Pi:"Node.js", Intel Edison:"Node.js")
- Aangepast: Aangepaste typen development board/apparaat.
- Kenmerken (optioneel): Gebruik de kenmerken van het ding om de identificatie en functionaliteit van het apparaat te beschrijven. Elk kenmerk is een sleutelwaardepaar.
Voer IP-adres, gebruikersnaam en wachtwoord van het ding in en klik op "Verbinden" om de verbinding te testen. Ga naar de volgende stap als de verbinding goed is.
Stap 4: Voeg bron toe
Een dingbron verwijst naar een sensor, randapparaat, switch of ander gegevenskanaal of status die uitgezonden of ontvangen moet worden. Het toevoegen van een bron betekent het maken van het gegevenskanaal-ID (MQTT → topic, HTTP en CoAP → URL) om te verbinden met QIoT Suite Lite. Voeg deze bronnen toe aan uw apparaat en stel in naar behoeften.
- Bronnaam: Voer een bronnaam in
- Bronbeschrijving: Voer een bronbeschrijving in
- Bron-ID: Voer het bron-ID in (Opmerking: Dit bron-ID wordt gebruikt voor het maken van een topic in de QIoT Broker. Het ID moet uniek zijn en hetzelfde apparaat kan geen dubbel ID bevatten. De overeenkomende sample code of zelf ontworpen code kan alleen uitgezonden worden na invoering van het overeenkomende ID. Raadpleeg de beschrijving in de sample code en het gekoppelde bestand Resourceinfo.json.)
- Brontype: Kies het brontype
- Gegevenstype: Kies een gegevenstype dat door de bron verzonden of ontvangen moet worden
- Eenheid: Kies een gegevenseenheid
- Stel het bereik (maximum en minimum) en de standaard waarde in
Stap 5: Voeg API-sleutel toe (optioneel)
Voeg in deze stap een API-sleutel toe zodat toepassingen van derden toegang hebben tot QIoT Suite Lite. Voor het insluiten van een QIoT Suite Lite-dashboardgadget op een webpagina kunt u een API-sleutel gebruiken.
Stap 6: Na toevoeging worden de sample code, apparaatconfiguraties, verbindingsgegevens en SSL-certificaatsleutel naar het apparaat uitgezonden. Als het uitzenden is gelukt, wordt het uploadpad getoond. Via dit pad kunt u de sample code, verbindingsgegevens en SSL-certificaatsleutel vinden.
Gebruikersprofiel
Bewerk gebruikersinstellingen (het beheerdersaccount kan niet bewerkt worden. Voor wijziging van het wachtwoord moet u naar het configuratiescherm van QTS gaan).
U kunt uw voornaam, achternaam en e-mailadres invoeren. Het toont de accountrol en u kunt ook het wachtwoord wijzigen.
API Documentatie voor referentie
API-documentatie voor QIoT Suite Lite kunt u vinden via de API-koppeling in de hoek rechtsboven.
Ga voor meer informatie naar QIoT Suite Lite Blog: https://qiot.qnap.com/blog/
IoT-toepassingen
Een IoT-toepassing bevat een regel, een dashboard en alle dingen. Een IoT-toepassing wordt gemaakt met een enkele regel, een enkel dashboard en meerdere dingen.
Voeg IoT-toepassing toe
Voor het toevoegen van een IoT-toepassing moet u de naam en beschrijving van de IoT-toepassing invoeren en de regel via het dashboard.
Importeer IoT-toepassing
Met de knop "Importeren" kunt u eerder gemaakte IoT-toepassingen importeren (waaronder dingen, regels en dashboards).
Exporteer IoT-toepassing
Hiermee wordt de configuratie van een QIoT-toepassing bewaard voor reservekopie of migratie. Klik op de IoT-toepassing die geëxporteerd moet worden (meerdere tegelijk is niet mogelijk), klik op "Actie" > "Exporteren" en bewaar het bestand als een nieuw bestand.
Informatie van IoT-toepassing
U kunt de informatie van de IoT-toepassing bekijken en de naam en beschrijving ervan wijzigen.
Stop IoT-toepassing
Hiermee wordt de IoT-toepassing gestopt. Services die deze IoT-toepassing nodig hebben, worden hierdoor beïnvloed.
Verwijder IoT-toepassing
Hiermee wordt de IoT-toepassing verwijderd.
Opmerking: Dingen in de IoT-toepassing worden niet verwijderd. Ze kunnen voor andere IoT-toepassingen worden gebruikt. Raadpleeg het gedeelte Dingen als u ze wilt verwijderen.
Ga voor meer informatie naar QIoT Suite Lite Blog: https://qiot.qnap.com/blog/
Dashboard
Het Dashboard toont informatie op een grafische manier.
Hoe u Dashboard kunt initialiseren
Gebruikers kun gegevens van de Rule Engine "QBroker" node importeren.
Er zijn twee manieren om QBroker te gebruiken: Het importeren van gegevens vanuit een dingbron of vanuit de rule engine:
Methode 1: Het importeren van gegevens vanuit een dingbron
- Ga naar dashboard
-
Klik op “Bewerken”
-
Voeg een nieuw deelvenster toe
-
Klik op
en selecteer het type widget
-
Voer informatie in. Kies in "Waarde” uw dingbron (bijvoorbeeld: qiotsupported_
)
-
Klik op "Bewaren"
-
Klik op "Bewerken gereed”
Methode 2: Het importeren van gegevens vanuit rule engine
In de Rule Engine:
- Ga naar de rule engine
- Voeg een QBroker node toe en dubbelklik op deze node om de instellingen ervan te bewerken
-
Kies "Aangepaste topic” en geef de door u gekozen naam in het veld "Topic" (bijv., Dashboard)
(Opmerking: Als u dezelfde topicnaam in een andere IoT-toepassing gebruikt dan worden dezelfde gegevens ontvangen)
- Klik op "Gereed" en verbind de gegevens voor uitvoer naar deze QBroker
- Klik op "Bewaren"
In het Dashboard:
- Ga naar het dashboard
-
Klik op “Bewerken”
-
Voeg een nieuw deelvenster toe
-
Klik op
en selecteer het type widget
-
Voer informatie in. Kies in "Waarde” de door u gekozen naam (bijv., qiotrule_Dashboard)
-
Klik op "Bewaren"
-
Klik op "Bewerken gereed”
Bewerk widget
Klik voor het instellen van een widget op “Bewerken" in de rechterbovenhoek om de widget te bewerken. Klik op Bewerken om het bewerken te beëindigen.
Exporteer widget
U kunt de in deze stap gemaakte API gebruiken voor het exporteren van dashboardgegevens naar een aangepaste webpagina.
Stap 1
Klik op "Bewerken" in de hoek rechtsboven en klik op het symbool in het rode vak, zoals in het onderstaande voorbeeld.
Stap 2
Selecteer de API-sleutel voor het genereren van onderstaande code. Deze code kan in een webpagina worden ingesloten.
Deel Dashboard
Klik op en kies "Deel openbare koppeling" en "Kopieer openbare koppeling" om dashboards met andere gebruikers te delen.
Ga voor meer informatie naar QIoT Suite Lite Blog: https://qiot.qnap.com/blog/
Regel
Onze Rule engine is gebaseerd op Node-RED. Raadpleeg voor meer informatie https://nodered.org/
Er zijn vier aangepaste QIoT-nodes: QDashboard, QBroker(in), QBroker(out) en QHistoricData.
- QDashboard: Deze node geeft een live data API endpoint
- QBroker: Deze node ontvangt en zendt dinggegevens
- QHistoricData: Deze node ontvangt de maximum, minimum en gemiddelde waarden, bewaard in de database
Raadpleeg de informatie in de node om te zien hoe het gebruikt wordt. De door QBroker ontvangen gegevenswaarden moeten in JSON-structuur zijn. Bijvoorbeeld: uitgezonden gegevens naar een ding, moet als volgt zijn {"value": XXX}. Raadpleeg QIoT Suite Lite Sample Code voor meer informatie.
QNAP Aangepaste node
QDashboard: Deze node geeft een live data API endpoint. Deze API kan worden gebruikt voor externe toepassingen of dashboards voor het ontvangen van de door deze node uitgezonden gegevens.
1. Voer de nodenaam in
2. Kies het brontype
3. Live Data API (kan gebruikt worden voor externe services voor toegang tot informatie in het dashboard)
4. Selecteer de geïmporteerde kenmerken van brontypegegevens (standaard geselecteerd)
5. Formatteer de geïmporteerde dashboardgegevens (standaard houden)
(Als u de standaard opmaak van gegevens gebruikt, moeten de uit te zenden gegevens in msg.payload.value staan)
6. Klik op "Gereed" om de instellingen te bewaren
7. Klik op "Bewaren" om de node te implementeren
QBroker In: Deze node ontvangt dinggegevens
1. Deselecteer "Gebruik aangepaste topic"
2. Kies ding
3. Voeg bron toe
4. Kies bron
5. Klik op "Gereed" om de instellingen te bewaren
6. Klik op "Bewaren" om de node te implementeren
QBroker Out: Deze node zendt dinggegevens uit
1. Selecteer "Gebruik aangepaste topic"
2. Kies ding
3. Kies bron
4. QoS-instellingen
Een QoS-instelling van 0 vermindert betrouwbaarheid van gegevens.
0: maximaal eenmalig
1: minstens eenmalig
Raadpleeg voor meer informatie: https://www.ibm.com/support/knowledgecenter/en/SSFKSJ_9.0.0/com.ibm.mq.dev.doc/q029090_.htm
5. Behoud instellingen
Waar: De MQTT Broker zal berichten in deze topic vasthouden. Als er een nieuwe abonnee is of de eerder verbroken abonnee maakt weer verbinding, dan ontvangen ze het laatst vastgehouden bericht (deze optie moet waar zijn als de protocollen HTTP, HTTPS en CoAP worden gebruikt voor het ontvangen van gegevens).
Onwaar: De MQTT Broker zal berichten in deze topic “niet” vasthouden. Als er een nieuwe abonnee is of de eerder verbroken abonnee maakt weer verbinding, dan kunnen ze het laatst bericht niet ontvangen
6. Klik op "Gereed" om de instellingen te bewaren
7. Klik op "Bewaren" om de node te implementeren
QHistoricData: Deze node ontvangt de maximum, minimum en gemiddelde waarden, bewaard in de database
1. Kies ding
2. Kies bron
3. Kies de resolutie
4. Kies het interval
5. Kies het bereik
6. Kies de API-sleutel
7. Bekijk de sample code om te zien hoe een query voor datumbereik gebruikt moet worden
8. Klik op "Gereed" om de instellingen te bewaren
9. Klik op "Bewaren" om de node te implementeren
Debug bericht
De Debug node en tab tonen alle door de regel ontvangen berichten en foutberichten.
Hieronder staan enkele algemene fouten:
Door QBroker In ontvangen gegevens staan niet in de opmaak {“value": XXX}
QBroker In kan geen binnenkomende gegevens parsen als QIoT gegevens ontvangt die niet de opmaak {"value": XXX} hebben
Fout:
Goed:
(Opmerking: Als QBroker Out wordt verzonden naar de door QIoT geleverde sample code, dan moeten de uitgaande gegevens ook als volgt zijn: {"value”: XXX}, raadpleeg Sample Code)
Als QoS is ingesteld op 0, dan zal de rule engine de gegevens niet goed kunnen parsen. Een QoS-instelling van 0 vermindert betrouwbaarheid van gegevens.
QoS-instellingen niveaus:
0: maximaal eenmalig
1: minstens eenmalig
Raadpleeg voor meer informatie: https://www.ibm.com/support/knowledgecenter/en/SSFKSJ_9.0.0/com.ibm.mq.dev.doc/q029090_.htm
Ga voor meer informatie naar QIoT Suite Lite Blog: https://qiot.qnap.com/blog/
Dingen
Deze pagina beheert de dingen. Een ding is een virtueel object in QIoT Suite Lite en representeert een werkelijk bestaand apparaat. U kunt dingen toevoegen, wijzigen of verwijderen.
Een ding is een apparaat dat een aantal randapparaten (waaronder sensoren, actuators en LED's) koppelt. Dingen kunnen verschillende netwerkverbindingen (zoals Wi-Fi en LAN) gebruiken om met QIoT Suite Lite te verbinden. Dingen kunnen met behulp van MQTT, HTTP en CoAP telemetriegegevens naar de QIoT Gateway sturen (publiceren (publish) van gegevens naar de overeenkomende topic in de QIoT gateway/agent). Dingen kunnen meerdere instructies ontvangen of waarden bijwerken voor een bepaald randapparaat, door het abonneren (subscribing) op meerdere topics.
Randapparaten (zoals sensoren, actuators en LED's) worden in QIoT Suite Lite bronnen genoemd. Deze bronnen zijn verbonden aan dingen.
Functies van ding
- QIoT Suite Lite behandelt een enkel ding als lid van een algemene bibliotheek van dingen. Alle dingen voor een enkele gebruiker worden getoond in de sectie "Dingen".
- Een IoT-toepassing is een logische combinatie van dingen, een regel en een dashboard. Als een gebruiker een ding aan een bepaalde IoT-toepassing toevoegt, wordt er alleen een koppeling gemaakt tussen het ding en de toepassing. Dingen zijn geen eigendom van de toepassing.
- Een ding wordt alleen aangesproken door IoT-toepassingen.
- Een enkel ding kan door meerdere IoT-toepassingen aangesproken worden.
- Als de gebruiker een ding vanuit een bepaalde locatie instelt, worden alle referenties naar het ding bijgewerkt.
- Als een gebruiker een ding van de IoT-toepassing verwijderd, wordt alleen de referentie / koppeling van het ding met de toepassing verwijderd. Het ding blijft in de algemene bibliotheek van de sectie Dingen.
- Hieronder is de representatie van dingen in de QIoT gateway / agent:
- qiot/things/user1/MyThing1
-
Hier:
- User1 is de aangemelde gebruiker met een ding
- MyThing1 is de door de gebruiker gedefinieerde naam van het ding
- qiot/things/user1/ is de naamruimte van user1. Alle dingen van de gebruiker worden in deze naamruimte getoond.
Functies van bron
Omdat een bron aan het ding is verbonden, kan een enkele bron niet door meerdere dingen worden gedeeld.
- Als een gebruiker de bron van een ding verwijdert, worden alle referenties naar het ding verwijderd
- Hieronder staat de representatie van een bron in de QIoT gateway/agent:
-
qiot/things/user1/MyThing1/TempSensor1
Hier:- User1 is de aangemelde gebruiker met een ding
- MyThing1 is de door de gebruiker gedefinieerde naam van het ding
- qiot/things/user1/ is de naamruimte van user1. Alle dingen van de gebruiker worden in deze naamruimte getoond.
- TempSensor1 is de door de gebruiker gedefinieerde bronnaam. Dingen kunnen naar deze topic gegevens publiceren of abonneren voor de topic om updates van de agent/QIoT gateway voor deze topic te ontvangen
Voeg ding toe
Dingnaam: Voer een naam in
Beschrijving: Voer een beschrijving in
Dingtype: Selecteer de categorie van het ding uit de volgende opties. Hieronder wordt elke categorie beschreven:
- QIoT-ondersteuning: Dit is een board/apparaat dat volledig ondersteund en getest is op compatibiliteit met QIoT Suite Lite. Dingen met ondersteuning voor QIoT hebben vooraf gedefinieerde kenmerken en pushen de voor het ding geschikte sample code naar het apparaat. (Arduino Yun:"Python", Raspberry Pi:"Node.js", Inetl Edison:"Node.js")
- Aangepast: Aangepaste typen development board/apparaat.
- Kenmerken (optioneel): Gebruik kenmerken van ding om de identificatie en functionaliteit van het apparaat te beschrijven. Elk kenmerk is een sleutelwaardepaar.
Informatie over ding
Hieronder wordt diverse gedetailleerde informatie over het ding gegeven, waaronder referenties van apparaat, verbindingsprofielen en beheer van machtigingen voor verbinding van ding.
De detailpagina toont de details van het ding, het type dingapparaat, het dingtype en de referenties van apparaat.
Dingdetails tonen naam, beschrijving aanmaaktijd, REST API endpoint (lokaal), REST API endpoint (myQNAPcloud) en MQTT Topic van ding.
Apparaatreferenties kunnen gebruikt worden voor het beheer van SSL-certificaatsleutels.
De pagina voor apparaatverbinding genereert het verbindingsbestand (resourceinfo.json) voor elk communicatieprotocol. MQTTS genereert aanvullend de SSL-certificaatsleutel. De gegenereerde bestanden (resourceinfo.json, MQTTS vereist aanvullende SSL-certificaatsleutel) moeten naar het apparaat geüpload worden (bij gebruik van de Sample Code, als resourceinfo.json -> res /, SSL certificate key -> ssl /) en deze profielen gebruiken voor communicatie met QIoT Suite Lite.
De drie gegenereerde bestanden moeten gedownload worden.
Klik op "Download JSON-bestand" voor het downloaden van het verbindingsbestand (resourceinfo.json).
Vanuit de regelpagina bepaalt QIoT Suite Lite het autorisatieniveau van het ding (de toegang van het ding tot alle andere apparaten en topics van dezelfde gebruiker). Gebruikers kunnen toegang tot het apparaat instellen door een regel. Een regel staat dicht bij het ding en wordt automatisch gemaakt met de referenties van het apparaat.
Nadat de regel is gemaakt, wordt beheer als standaard geselecteerd. Het ding dat met de regel verbonden is krijgt volledig toegangsbeheer bij het publiceren naar (publisching) en abonneren op (subscribing) alle andere apparaten en topics van de gebruiker. Als de gebruiker alleen bepaalde machtigingen voor bepaalde apparaten wil instellen, dan kan de gebruiker kiezen voor “Selectief beheer” en de gewenste instellingen configureren.
Massa implementatie
Met Massa implementatie kunt u informatie en resourceinfo.json uploaden en opdrachten via SSH naar meerdere apparaten uploaden (alleen voor apparaten die SSH met poortnummer 22 ondersteunen).
Instelling apparaatverbinding
Kies het ding dat u wilt instellen en klik op "Instellen".
Voer de informatie over apparaatverbinding in:
U kunt de verbinding testen door te klikken op “Test verbinding”. Klik om af te sluiten op “Bewaren”
Instelling informatie voor implementatie
Klik op de knop "Implementeren":
Er zijn twee manieren om code naar dingen te implementeren:
- Sample Code: Upload een bestand met de door QNAP gegeven sample code met behulp van het gekozen protocol naar “Bestemmingsmap”. Klik na het instellen op "Implementeren".
-
Aangepaste code: Upload eigen code naar apparaten
"Naam": Voer een naam voor de code in
"Bestemmingsmap": Geef een bestemmingspad
"Broncodepakket": Upload een zip-bestand met uw code (mag niet groter zijn dan 50 MB). Na het uploaden van uw bestand naar QIoT Suite Lite en het klikken op Implementeren, zal het bestand automatisch worden uitgepakt op uw apparaat.
Klik op "Implementeren".
In "Resourceinfo & Certificaten": Stel de implementatie van het resourceinfo.json-bestand naar Dingen in
- Bestemmingsmap: Voer een bestemmingspad in
- Kies het protocol: Kies het te gebruiken protocol, MQTT, MQTTS, HTTP, HTTPS of COAP (Als u MQTTS kiest, dan moet u een SSH-certificaat installeren en uploaden naar de bestemmingsmap. U kunt een bestaand certificaat gebruiken of een nieuw certificaat maken)
Klik op "Implementeren"
In "Uitvoering van opdracht": U kunt opdrachten remote uitvoeren om de service van uw dingen te starten. De opdrachten en records worden bewaard in het home-pad (bijvoorbeeld: ~/bundle)
Klik op "Uitvoeren" om opdrachten naar uw apparaat te sturen.
Groepsgewijs implementatie
Kies meerdere "dingen" en klik op "Implementeren" om alle informatie voor implementatie van de dingen in te stellen op dezelfde tijd (alle dingen moeten de "Installatie verbinding" voltooien)
Verwijder ding
Klik op het ding dat u wilt verwijderen en klik op"Verwijderen". Dingen die al aan een IoT-toepassing zijn gekoppeld, kunnen niet verwijderd worden. Het moet eerst de koppeling wegnemen voordat u kunt verwijderen.
Zoek ding
U kunt een ding zoeken door trefwoorden in te voeren.
Ga voor meer informatie naar QIoT Suite Lite Blog: https://qiot.qnap.com/blog/
Dingtypen
U kunt dingtypen toevoegen, wijzigen of verwijderen. Met dingtypen kunt u verschillende aangepaste dingtypen organiseren. Standaard door QIoT Suite Lite ondersteunde dingtypen kunnen niet verwijderd worden.
Voeg dingtype toe
Voer naam, beschrijving en kenmerken van het ding in.
Verwijder dingtype
Klik op het dingtype dat u wilt verwijderen en klik op "Verwijderen".
Zoek dingtype
Voer trefwoorden in om de relevante dingtypen te zien.
Ga voor meer informatie naar QIoT Suite Lite Blog: https://qiot.qnap.com/blog/
Gebruiker
U kunt alle gebruikers toevoegen, bewerken, verwijderen en weergeven (Alleen QIoT Suite Lite).
Elke gebruiker heeft afzonderlijke IoT-toepassingen (regel, dashboard, dingen), dingen en dingtypen
De standaard beheerder is het beheerdersaccount van QTS. Alleen dit account kan een gebruiker toevoegen, verwijderen en wijzigen.
Gebruiker toevoegen
Voeg gebruikers toe aan QIoT Suite Lite. Gebruikers krijgen verschillende machtigingen, behalve die van de beheerder.
Elke gebruiker heeft afzonderlijke IoT-toepassingen (regel, dashboard, dingen), dingen en dingtypen
Voer Gebruikersnaam, Voornaam (optioneel), Achternaam (optioneel) en E-mail (optioneel) in.
Nieuwe gebruikers beginnen met een willekeurig wachtwoord. Dit wachtwoord moet gewijzigd worden bij de eerste keer inloggen.
Bewerk informatie van gebruiker
U kunt Voornaam, Achternaam en E-mail opnieuw instellen en een nieuw wachtwoord genereren.
Verwijder gebruiker
Klik op de gebruiker die u wilt verwijderen en klik op "Verwijderen".
Zoek gebruiker
Voer trefwoorden in om relevante gebruikers te zoeken.
Ga voor meer informatie naar QIoT Suite Lite Blog: https://qiot.qnap.com/blog/
Instellingen
De instellingenpagina levert beheer van QIoT API-sleutels, QIoT-beveiligingsinstellingen, QIoT-servernetwerkconfiguraties en service-instellingen van myQNAPcloud
API-sleutels
U kunt API-sleutels voor toepassingen van derden toevoegen voor toegang tot de QIoT API. Voor het insluiten van een QIoT-dashboardgadget op een webpagina kunt u API-sleutels gebruiken ("adminSystemKeyForDashboard" is de standaard sleutelnaam van het dashboard en kan niet worden gewijzigd).
Administratieve instellingen
Instellen van Instellingen voor device gateway van QIoT: QIoT-servernetwerkconfiguratie en service-instellingen voor myQNAPcloud.
-
Instellingen voor device gateway van QIoT
In de instellingen van device gateway kunt u het verplicht gebruik van SSL-protocol inschakelen en uitschakelen. Als u het inschakelt, kunnen dingen alleen verbinden met MQTTS en HTTPS.
-
Servernetwerkconfiguraties van QIoT
Servernetwerkconfiguratie toont alle QNAP NAS netwerkinterface IP-adressen van QIoT Suite Lite. QIoT Suite Lite gebruikt alle beschikbare IP-adressen voor het genereren van apparaatreferenties voor MQTTS en gebruikt deze IP-adressen ook als hostadressen in het verbindingsbestand (resourceinfo.json). Als het IP-adres van QNAP NAS wijzigt, moet u het IP-adres voor QIoT-verbinding bijwerken.
-
Instellingen van myQNAPcloud service
U kunt een myQNAPcloud DDNS-adres gebruiken om uw apparaat met de NAS-beheerde QIoT Suite Lite te verbinden.
U kunt het door myQNAPcloud gegenereerde internetadres gebruiken met ondersteunde protocollen (zoals MQTT, HTTP, HTTPS en CoAP). Als u echter MQTTS wilt gebruiken, moet het internetadres bijgewerkt worden door de server van QIoT Suite Lite met de device gateway voor het maken van apparaatreferenties voor het object (vereisten bij gebruik van MQTTS).
-
Reservekopie QIoT Suite Lite:
QIoT Suite Reservekopie maakt een reservekopie van uw volledige QIoT Suite Lite-systeem, inclusief IoT-toepassingen, informatie van apparaat en alle bewaarde sensorgegevens. Uw volledige QIoT-systeem kan teruggezet worden met behulp van de herstelfunctie van QIoT Suite.
-
Herstel QIoT Suite Lite:
Zet uw volledige systeem terug van een QIoT Suite Reservekopie. U kunt QIoT Suite Lite alleen herstellen op dezelfde NAS.
Systeemservices
Dit is een lijst met gateway-modules en de overeenkomende gebruikte poorten voor elke module. U kunt poorten bewerken en testen om conflicten te voorkomen.
Kies uw gateway-module, klik op om de poort te bewerken en klik op "Testen" om te zien of de poort in gebruik is. Klik op "Toepassen” als de poort gebruikt kan worden. Het kan zijn dat QIoT Suite Lite opnieuw gestart moet worden om de instellingen door te voeren.
Info
Dit toont de geïnstalleerde versie van QIoT Suite Lite en u kunt een debuglog downloaden voor het oplossen van technische problemen.
Ga voor meer informatie naar QIoT Suite Lite Blog: https://qiot.qnap.com/blog/